Doorgaan naar hoofdinhoud
Vindplaats van geloof, hoop en liefde
subline-curl
Abonneer gratis op Petrus Magazine

Ungubani igama lakho?

Sinds februari 2017 is Rineke van Ginkel uitgezonden naar Zuid-Afrika. Als ze er een tijdje is, besluit ze isiXhosa te leren, een van de moedertalen van het land. Dat blijkt niet makkelijk te zijn.

Ungubani agama laklo? Het is één van de eerste zinnen die ik leerde tijdens mijn eerste isiXhosa-les. Letterlijk: ‘Wie ben je naam van jou?' Oftewel: 'Wat is je naam?' Ik hou van talen. Niet voor niks koos ik, lang geleden, in mijn pakket op de middelbare school alle talen die werden aangeboden.

Hoofd en hart

Wat dat betreft is Zuid-Afrika een interessant land: het heeft maar liefst elf officiële nationale talen. Het heeft mij altijd geboeid hoe een taal werkt, hoe achter één woord een wereld van betekenis kan zitten, en hoe een taal is opgebouwd en verbonden met een cultuur.

Ik merk ook dat het altijd iets doet met mensen wanneer je hen in hun moedertaal kunt aanspreken, ook al is het maar een paar woorden. Nelson Mandela had gelijk, toen hij zei: If you talk to a man in a language he understands, that goes to his head. If you talk to him in his language, that goes to his heart.

Beginnerscursus

Afgelopen week ben ik dus begonnen met isiXhosa-lessen, na isiZulu de grootste (moeder)taal in Zuid-Afrika. En hier in de West-Kaap is het één van de drie officiële provinciale talen, naast Engels en Afrikaans. Ik doe uiteraard een beginnerscursus, en ik vrees ook dat ik gedurende mijn tijd hier niet vloeiend zal worden in deze taal. Het is een ingewikkelde taal om te leren en heeft ook nog eens verschillende ‘klikken’ in de uitspraak.

Toch is het handig voor mijn werk om wat woordjes te kunnen spreken, al is het maar ‘hoe gaat het’, ‘waar kom je vandaan’, ‘dankjewel’, en dergelijke basale dingen. En: door deze cursus ontdek ik weer eens hoe mooi taal is en hoeveel het je ook kan leren over een cultuur. A different language is a different vision of life, zei ooit de Italiaanse filmmaker Fedrico Fellini. Ik ben het met hem eens. Een paar voorbeelden uit het isiXhosa:

Je kunt op twee manieren ‘hoe gaat het met je?’ zeggen: Unjani, of Kunjani. Unjani is de snelle vorm: ‘Hoe gaat het? Goed? Oké, doei.' Kunjani moet je alleen vragen als je veel tijd hebt. Het nodigt de ander namelijk uit om uitgebreid over zijn of haar familie of over het weer te gaan praten. Als je minder dan 20 minuten hebt, moet je dus niet Kunjani zeggen! Dat zou onbeleefd zijn …

Als antwoord op Unjani zeg je: Ndiphilile. De ‘ph’ spreek je daarbij uit als ‘ph’ en niet als ‘f’. Ndiphilile betekent letterlijk: ‘Ik leef’. (ndi =  ik, phila = leven). Mooie manier om ‘het gaat goed’ te zeggen, toch? Ik leef! Maar pas dus op dat je het niet verkeerd uitspreekt, want file in Xhosa betekent 'dood' … En je wilt niet zeggen: ‘Ik ben dood.'

Een laatste voorbeeld. Hoe je een ongetrouwde vrouw groet (want ja, er zijn verschillende woorden voor getrouwde en ongetrouwde personen): Molo Nkosazana. Molo betekent 'hallo', en Nkosazana betekent letterlijk 'little chief' of 'princess'.

Klikken

Hieronder een filmpje van een paar echte ‘tongue twisters’ in Xhosa, met de klikken waar ik het over had ...

 

Meer blogs van Rineke lezen? Ga dan naar kerkinactie.nl

Elke week het beste van Petrus online

Ontvang de wekelijkse nieuwsbrief

Was deze informatie zinvol?
We hebben je feedback ontvangen, dankuwel!

Om deze pagina verder te verbeteren zijn wij benieuwd waarom u deze pagina wel of niet zinvol vond. U kunt ons helpen door de onderstaande vragen in te vullen.

Mogen we je contactgegevens voor eventuele verdere vragen? (niet verplicht)