God geeft
Dat is het verhaal van Precious, tweedejaars student aan JMU, afkomstig uit Malawi.
God geeft moeders
“Toen ik vier jaar was overleed mijn moeder. Mijn tante nam mij liefdevol bij zich in huis. Maar ook zij overleed al vrij snel. Toen heeft mijn oma zich over mij ontfermd. Vorig jaar is ze overleden. Sindsdien zie ik de vrouwelijke dominee die mij stimuleerde theologie te gaan studeren als mijn moeder. Veel ‘moeders’ hebben en weer kwijt raken maakt mij soms boos: ‘waarom steeds dat verlies?’ Toch ben ik blij met de moeders die God mij heeft gegeven.”
God geeft bevestiging
“Ik ben opgegroeid als moslim in een arm gezin. Als tiener haakte ik echter af. Tot een vriend in 2011 mijn ogen opende voor Jezus en voor Gods doel met mijn leven. Ik kon een beurs krijgen om rechten te studeren. Iedereen zei: ‘doen, dan blijft je familie niet arm!’ Maar mijn hart zei: ‘nee, dit is het niet’. Het was een verwarrende tijd, vooral omdat mijn familie mijn besluit niet begreep. Maar God gaf bevestiging: ik hoefde tot twee keer toe geen toelatingsgesprekken te doen om theologie te studeren (is normaal wel zo) en er kwam een beurs! Ik kan het nog steeds bijna niet geloven.”
God geeft JMU
“Studeren op JMU is verrijkend voor mij. Ik ben de eerste uit mijn familie die in het buitenland studeert. God leert mij omgaan met mensen uit verschillende landen en culturen. Elk vak dat we krijgen ontvang ik als cadeau: ik word geestelijk gevoed. Ik ervaar ook iets van christelijk samenleven, dat ken ik niet van huis uit. God is heel genadig voor mij. Ik ontdek steeds meer wie Christus is.”
God geeft Zichzelf
“Mijn lievelingstekst is Johannes 14:18: ‘Ik laat jullie niet als wezen achter’. Dat heb ik steeds mogen ervaren. Als ik het moeilijk heb met de druk vanuit mijn familie of omdat ik moe ben, breng ik mezelf die tekst weer te binnen. Hoe nuttig mijn opleiding straks in de praktijk is, weet ik nog niet. Ik weet wel: God was er altijd, en Hij zal er altijd zijn. Neem dat voor jezelf uit mijn levensverhaal mee: ‘heb goede moed, want God is er altijd.’”
